China’s verborgen beelden


Lezen / Yfke Damsma


Toen Chinese boeren in 1974 bezig waren met het graven van een put nabij de stad Xi’an, stuitten zij meters diep onder de grond op een soldaat van klei. Deze gebeurtenis vormde het begin van de onthulling van het terracottaleger, die tot op de dag van vandaag voortduurt.

Waar mijn fascinatie voor China precies vandaan komt, weet ik niet. Was het de Chinese collega die me over haar vaderland vertelde en me mijn eerste woordjes Mandarijn bijbracht? Of ontstond mijn interesse voor het land simpelweg omdat het anders en mysterieus is? Feit is dat ik, zo rond mijn achttiende, niets liever wilde dan China met eigen ogen zien. In 2006 vertrok ik er dan ook voor vier maanden naartoe.

Eén van de plaatsen die ik tijdens die reis bezocht is Xi’an, een stad met zo’n 4 miljoen inwoners. Deze stad, die ooit de hoofdstad van China was, is zeker de moeite van het bezoeken waard. Eén van de belangrijkste redenen waarom mensen uit alle hoeken van de wereld juist naar dit gebied komen ligt echter 28 kilometer verderop: het terracottaleger. Men noemt het de grootste archeologische vondst van de 20ste eeuw en soms zelfs het achtste wereldwonder. Hier het verhaal achter dit stenen leger: een korte geschiedenis over schatten die eeuwenlang aan het oog onttrokken zijn, een verhaal over verborgen beelden in letterlijke zin.

China’s eerste keizer
 De man achter de bouw van dit enorme project is keizer Qin Shi Huang. In het jaar 246 voor Christus besteeg hij, terwijl hij nog maar 13 jaar oud was, de troon van het Qin-rijk. Binnen 25 jaar had hij de koninkrijken in het oosten veroverd en werd hij de eerste keizer van een verenigd China. Hij deed er alles aan om meer eenheid te creëren in zijn rijk en voerde onder andere een standaardschrift in. Hij regeerde echter met zeer harde hand en gaf bijvoorbeeld opdracht tot een grootschalige boekenvernietiging.

Qin Shi Huang wilde er zeker van zijn dat hij na zijn dood goed terecht zou komen. Al vanaf het moment dat hij op jonge leeftijd aan de macht kwam, was men bezig met de bouw van een enorm mausoleum. Zo’n 700.000 dwangarbeiders werkten mee aan dit grootse project, dat volgens latere optekeningen 36 jaar in beslag nam. Naast modellen van paleizen en gebouwen en grote aantallen gebruiksvoorwerpen, werd er voor de keizer met een mengsel van leem en aarde een compleet leger gebouwd. Deze kleisoldaten moesten de keizer na zijn dood beschermen. Bovendien zouden zij hem kunnen helpen om ook in het hiernamaals een groot rijk te stichten.

Een strijdmacht van steen
Qin Shi Huang’s terracottaleger bestaat naar schatting uit zo’n 8000 soldaten. De beelden zijn gemiddeld 1.86 meter hoog en wegen ongeveer 300 kilo. De onderlinge variatie binnen het leger is groot. Veel soldaten staan, anderen zitten geknield of houden hun wapen in de aanslag. Hoewel de rompen van de soldaten in massa werden geproduceerd, werden handen en hoofd voor iedere soldaat apart gemaakt en later aan het lichaam bevestigd. Zo heeft iedere beeld zijn eigen kapsel en gezicht. Ook werden de beelden in verschillende kleuren geschilderd. Naast de soldaten zelf, maakten stenen paarden en strijdwagens onderdeel uit van de krijgsmacht.

Hoewel het aantal terracottasoldaten dat opgegraven en te bezichtigen is meer dan duizend telt, is dit een relatief klein deel van het gehele leger. De rest ligt nog steeds verborgen onder de grond. Ook zijn veel beelden niet compleet. De soldaten die opgegraven zijn, waren in vrijwel alle gevallen al gesneuveld. Brand, overstromingen en plunderaars hebben de krijgers in het verleden zwaar aangetast. Toch heeft men veel beelden kunnen herstellen, waardoor er tegenwoordig een heel aantal (bijna) volledige soldaten te bewonderen zijn.
  
De geheimen van het graf 
Het gedeelte van het leger dat nu opgegraven is vormt dus, wanneer men kijkt naar het totale aantal kleibeelden, slechts het topje van de ijsberg. Het zijn echter niet alleen grote aantallen terracottasoldaten die tot op de dag van vandaag aan het zicht onttrokken zijn. Ook het eigenlijke grafcomplex van Qin Shi Huang, dat door het stenen leger bewaakt wordt, is nog in nevelen gehuld. Over wat hierin te vinden is, gaan de grootste verhalen de ronde.
 Men heeft met detectors en magnetogrammen ontdekt dat zich diep onder de grond een architectonische structuur van een enorm paleis bevindt. Dit bouwwerk zou een oppervlakte hebben van zo’n zeventig voetbalvelden. In het graf zouden zich edelstenen en andere schatten bevinden. Het plafond zou een afspiegeling zijn van de hemel, met ingelegde parels als de zon, de maan en de sterren. Verder zouden er automatische kruisbogen zijn opgesteld, klaar om af te gaan zodra het graf werd geopend. Ook wordt er beweerd dat de arbeiders die geholpen hebben bij de bouw van het grafcomplex, er uiteindelijk levend in zijn begraven, zodat er geen kostbare geheimen geopenbaard konden worden.

Dit alles is op dit moment nog aan het oog onttrokken. Men durft nog niet te beginnen met de opgraving van dit ondergrondse bouwwerk, omdat hierbij waardevolle schatten beschadigd zouden kunnen raken. Het bezoeken van de grote toeristische attractie die het terracottaleger al lange tijd is, is absoluut een bijzondere ervaring. De zichtbare verzameling soldaten geeft echter slechts een indruk van wat zich verder nog onder de grond bevindt: een wereld die de voorstelling bijna te boven gaat.